Wat is linkbuilding? Alles over factoren, technieken en meer

Of je nu al met linkbuilding bezig bent of dat je nog aan het oriënteren bent omdat je weet dat backlinks een krachtig signaal zijn, je hoort en leest vast veel verschillende verhalen. Laten we vooropstellen dat niemand hierin kan claimen precies te weten hoe het zit. In dit artikel gaat het om zo feitelijk mogelijk uitleggen wat linkbuilding is, welke methodes en technieken er zijn en welke factoren allemaal een rol spelen voor de impact van een backlink.

Let op: dit is een enorm complex onderwerp en daarom is dit een erg uitgebreid artikel. Ik heb mijn best gedaan het zo kort en duidelijk mogelijk te houden, terwijl ik wel alles behandel wat van belang is. Daarbij kan ik zelfs nog iets vergeten zijn. Zoals al mijn artikelen wordt ook dit artikel met enige regelmaat aangevuld en geüpdatet. 

Wat is linkbuilding?

Linkbuilding is de praktijk van backlinks naar je website krijgen, en wel door hier actief werk van te maken. Er zijn verschillende manieren om aan linkbuilding te doen. Alle bekende technieken komen aan bod, net als de verschillende typen backlinks die je op deze manier kunt krijgen. En er zijn ook nog eens diverse factoren die een rol spelen in de effectiviteit van de linkbuildingactiviteiten.

Waarom zou je aan linkbuilding doen?

Backlinks zijn een krachtig signaal voor SEO.  Backlinks als signaal voor de vindbaarheid werd geïntroduceerd door Google. Google onderscheidde zich als zoekmachine door niet alleen te kijken naar de woorden die  voorkomen in een tekst, maar dus ook links mee te wegen als factor voor vindbaarheid. Dit principe heeft de naam PageRank gekregen en wordt ook wel afgekort tot PR. Door die invloed op posities in de zoekmachines is linkbuilding als tak van sport ontstaan.

Lees hier verder over PageRank.

PageRank versus DR en DA

De waarde die Google aan jouw backlinks verbindt, hebben ze PageRank genoemd. Deze waarde kennen we niet, alleen het Google algoritme kent die. De Toolbar PageRank is al jaren dood en dus kunnen we geen PageRank meer toekennen aan websites en pagina’s. De grote SEO-tools hebben hun eigen manieren ontwikkeld om een schatting te maken van wat de PageRank zou zijn voor een website. Bij Moz en Semrush* is dat Domain Authority, afgekort tot DA, en bij Ahrefs is dat Domain Rating (DR). Weet dat dit dus nooit exact is hoe Google sites of pagina’s beoordeelt en dat het dus vooral een indicatie is, waarbij je alles in verhouding moet zien met vergelijkbare websites.

Hier vind je alles over DA en DR.

Linkbuilding versus link earning

Actief backlinks regelen heet dus linkbuilding. Noem het gerust linkbuilden als je wilt. De meeste vakgenoten hebben het Engelse ‘link building’ (ja, met spatie) overgenomen in een Nederlandse variant zonder spatie. Naast linkbuilding is er ook ‘link earning‘. Jawel, het verdienen van backlinks. Als je weet wat het principe achter PageRank en backlinks als SEO-factor is, snap je dat link earning eigenlijk de “officiële” linkbuilding is.

Maar …

Zelf werken aan backlinks is niet verboden of zo

Hoewel Google regelmatig heeft laten weten dat je niet actief werk mag maken van backlinks krijgen, is het ook niet echt verboden. Waarom zou je niet een zetje mogen geven door iemand te vragen naar jou te linken wanneer je ergens genoemd wordt? Of iemand wijzen op iets handigs zoals bijvoorbeeld een SERP Snippet Preview Tool, of een informatief artikel, waardoor ze naar je gaan linken? En zo zijn er allerlei manieren waarop je al dan niet zelf kan werken aan het krijgen van backlinks.

Je mag officieel niet betalen voor backlinks en deelnemen aan zogenaamde ‘link schemes‘. Maar John Mueller van Google liet al eens weten dat hij digital PR een prima manier van linkbuilding vindt:

Er zijn echt wel manieren om zelf actief backlinks te krijgen die gewoon binnen de regels vallen. En er zijn ook manieren die op het randje of zelfs daarover zijn. Zelfs manieren die over het randje zijn kunnen prima werken of zelfs zo zijn dat een zoekmachine niet weet dat het over het randje is.

Black hat, white hat, grey hat of zelfs “no hat”?

SEO-technieken bezigen die Google niet graag ziet worden ‘black hat’ genoemd. Althans, dat is ooit geïntroduceerd door Mike Grehan en niet iedereen vond dat zo’n goed idee, getuige deze tweet van Bill Slawski:

Eerlijk: lange tijd ben ik hier ook in meegegaan, waarschijnlijk omdat het zo door veel vakgenoten gepredikt werd.

En toch, in linkbuilding kun je wel heel duidelijk grenzen over gaan en dan kom je toch in erg duister gebied. Je kan dan zeker spreken van black hat linkbuilding. Dan hebben we het over linkbuilding waarbij het risico op een penalty zeer aanwezig is. En waar Google sinds de Penguin 4-update veel minder (snel) penalty’s uitdeelt, zegt het dus wel iets als het risico op een penalty er is.

White hat en grey hat: heel erg netjes en er wat tussenin + no-hat

Het spreekt wel behoorlijk voor zich, maar toch: white hat is dus alles volledig volgens de regels van Google en zelfs niet enig risico (willen) lopen. Grey hat is wat minder braaf zijn, zonder daarbij direct in de gevarenzone komt. Uiteindelijk kan je dan wel in de gevarenzone komen of op zijn minst tegenvallende resultaten krijgen. Dat is tenminste als je het zo zwart-wit ziet. Of wilt zien.  Trek je je niks aan van zwart, wit en al die tinten grijs, beschouw jezelf dan als no-hat. Of zoals collega Floris van Vredendaal het noemt: Hatless.

Factoren bij backlinks en linkbuilding

Er zijn veel verschillende factoren die invloed hebben op het effect van backlinks op je SEO. En waarbij je dus rekening wilt houden bij linkbuilding. Wat er zoal van invloed kan zijn op hoe een backlink jouw vindbaarheid verbetert:

  • Ankerteksten
  • Autoriteit
  • Relevantie
  • Aantal interne en externe backlinks
  • Nofollow, UGC en sponsored
  • Verwijzende domeinen
  • Verwijzende IP-adressen
  • Backlinks naar homepagina of deeplinks
  • Linkjuice

Wat ankertekst doet voor je vindbaarheid

De ankertekst helpt Google te begrijpen waar de pagina waarnaar gelinkt wordt over gaat. Voor een pagina over manuele therapie is een link met de ankertekst ‘manuele therapie’ gunstiger dan ‘fysiotherapie’ of de naam van de fysiotherapie-praktijk. Google ziet wel wat je doet met je ankerteksten, dus kijk uit dat je niet alle ankerteksten naar een bepaalde pagina optimaliseert door voor allemaal de meest ideale ankertekst te krijgen. Wanneer (bijna) 100% van de ankerteksten jouw hoofdzoekterm bevat, valt dat op. Dat is geen natuurlijk backlinkprofiel

Qua verdeling van ankerteksten is een mooie, natuurlijke verdeling als volgt:

  1. Ankerteksten in de vorm van je belangrijkste zoekterm (exacte overeenkomst);
  2. Ankerteksten met woorden uit je zoekterm (gedeeltelijke overeenkomst of zin met daarin de woorden uit je zoekterm);
  3. Ankerteksten met naam van bedrijf, organisatie of persoon (in mijn geval dus Optimus Online of Nathan Veenstra);
  4. Kale URL of domeinnaam (https://optimusonline.nl/wat-is-linkbuilding/ of optimusonline.nl);
  5. Ankerteksten met totaal andere woorden (“Hier lees je meer over dit onderwerp” of “zoals je hier ziet”).

Er zijn vast vakbroeders die vinden dat je een bepaalde verdeling moet hebben qua ankerteksten en dat is helemaal top als ze daar een onderbouwing of bewijs voor hebben. Als er al een ideale verdeling is, zal die per situatie verschillen. Dat woorden uit je zoekterm als ankertekst helpen om beter vindbaar te worden op die woorden is wel duidelijk. Een ankertekst helpt de lezer om te begrijpen waar die tekst naar linkt, dus dat zoekmachines dat zo gebruiken is logisch.

Ahrefs deed uitgebreid onderzoek naar ankerteksten (Engels) en in hun artikel lees je ook wat John Mueller van Google erover antwoordde op Twitter.

Hoe autoriteit, aantal interne en externe links en linkjuice met elkaar verbonden zijn

De kracht van linkbuilding zit onder andere in de kracht van de links die je hiermee krijgt, we noemen dat linkjuice. En die kracht begint bij de autoriteit van de webpagina waar je de link vandaan krijgt. Let wel: de webpagina, niet de website. Hoewel een website autoriteit opbouwt met alle backlinks die naar die website liggen, heeft iedere webpagina ook zo zijn eigen autoriteit. Deels krijgt zo’n pagina wat mee van de autoriteit van het domein, toch is dat niet alles. De autoriteit van een pagina zelf is weer afhankelijk van:

  • Het niveau binnen de website; hoe dichter bij de homepagina, hoe meer autoriteit de pagina meekrijgt van het domein;
  • Interne links naar de webpagina; als een pagina veel interne links krijgt, is dat een signaal dat het een belangrijke pagina is, door de linkjuice van de interne links en natuurlijk omdat er niet voor niets veel naar die pagina gelinkt wordt;
  • Backlinks (inkomende externe links) naar de webpagina; als er veel vanaf andere websites naar een webpagina wordt gelinkt maakt dat die pagina veel autoritatiever.

Let wel: ook hier is het niet allemaal heel zwart-wit. Er is veel nuance, zoals eigenlijk in alles wat we hier beschrijven.

Dofollow-links versus nofollow-links, UGC en sponsored

Nofollow-links horen bij een gezond backlinkprofiel. Als je alleen maar dofollow-links krijgt, kan dat wijzen op onnatuurlijke links. Je wilt dus altijd een goede mix van dofollow- en nofollow-links. Ook hier is er net een “ideale mix” te geven; geen bepaalde verhouding, zolang het maar een mix is. Zeker in het begin kan het zomaar zijn dat je alleen maar nofollow- of juist dofollow-links krijgt en ook dat is prima. 

Let wel: eigenlijk bestaat dofollow niet, we noemen links zonder nofollow-tag zo om het onderscheid te kunnen maken. En sinds september 2019 bestaan naast nofollow ook UGC en sponsored als tags voor links.

Geen linkjuice, ankerteksten kunnen wel impact hebben op vindbaarheid

Hoewel je met nofollow-, sponsored- en UGC-links geen linkjuice krijgt, kun je wel degelijk beter vindbaar worden met deze links. In dit geval kunnen de ankerteksten namelijk behoorlijke impact hebben op de vindbaarheid van een pagina voor die woorden. Een aantal klanten van ons heeft mooie positiestijgingen gezien door links op startpagina’s die nofollow waren, en daarbij een optimale ankertekst hadden.

Relevante domeinen en webpagina’s

Een link op een webpagina met een hoge autoriteit lijkt natuurlijk heel erg mooi. Maar stel dat die pagina over meteorologie gaat, terwijl jij fysiotherapeut bent. Is dat relevant? Niet echt, en dus houdt Google daar ook rekening mee. Fijn dat je genoemd wordt, omdat je bijvoorbeeld vrijwilliger bent bij een organisatie en misschien ook wel terecht dat je de link krijgt. Door het ontbreken van relevantie kan die link minder krachtig uitpakken dan je op basis van autoriteit zou verwachten. 

Je krijgt dus het liefst backlinks van websites die gerelateerd zijn aan wat jij doet. Links van hoog autoritatieve informatieve platformen zoals nieuwswebsites zijn natuurlijk wel super.

Verwijzende domeinen en IP-adressen

Er wordt gesteld dat veel links vanaf dezelfde IP-adressen kan wijzen op onnatuurlijke linkbuilding. Dit zou kunnen duiden op links van een netwerk. In theorie lijkt het logisch, in de praktijk pakt het wel anders uit. In diverse discussies op Twitter haalt John Mueller terecht aan dat het heel gebruikelijk is dat verschillende (soorten) websites op 1 IP-adres worden gehost:

https://twitter.com/JohnMu/status/1533764272286846976?s=20&t=jtJ9iURSLYzatznWufG8fg

Ook voor domeinen waar je backlinks vandaan krijgt is het helemaal geen probleem als die op hetzelfde IP-adres gehost worden:

https://twitter.com/JohnMu/status/1251472564129607681?s=20&t=80VNMnL9YXvzhP3JNZoQKA

Links naar homepage versus deeplinks

Dat veel links verwijzen naar je homepage is best logisch. Men verwijst naar jouw bedrijf en dus naar jouw website. Deeplinks zijn alleen ook nodig en passen in een natuurlijk linkprofiel. Deeplinks zijn links naar dieper gelegen pagina’s op je website. Daarmee bouwen die pagina’s ook hun eigen autoriteit op, wat je ook al las in de alinea over autoriteit en linkjuice. Bij linkbuilding is het dan ook zaak om te bepalen welke webpagina’s relevant zijn en/of welke pagina’s vooral meer backlinks nodig hebben omdat je die beter vindbaar wilt maken.

Manieren van linkbuilding

Naast de factoren die van belang zijn in je linkbuilding-strategie zijn er ook nogal wat verschillende manieren van linkbuilding. Als je een externe partij in de arm neemt voor linkbuilding, is het dan ook goed om vooraf te weten hoe ze dit voor je gaan doen. De hieronder vermelde “manieren” beslaan eigenlijk ook typen links die je kunt krijgen en in sommige gevallen zit er ook gewoon overlap in. Het is ook geen exacte wetenschap allemaal en er valt ook prima te discussiëren over zowel de benamingen als trouwens ook de effectiviteit van deze linkbuilding-activiteiten.

Natuurlijk geef ik weer bij ieder onderdeel een toelichting:

  1. Artikelmarketing en PBN’s
  2. Startpagina’s en startpaginaklonen
  3. Linkruil
  4. Linkwheels
  5. Outreach
  6. Link insertion
  7. Gebroken-linkbuilding
  8. Gastblogs en publicaties
  9. Linkpartner-pagina’s
  10. Kwalitatieve artikelplaatsingen
  11. Digitale PR en persberichten
  12. Blogs en bloggers

1. Artikelmarketing en PBN’s: is er een verschil?

We spreken van artikelmarketing als je een artikel plaatst op een website en daarin (vooral) links naar jouw website staan. In de meeste gevallen zijn het magere, vijwel inhoudsloze stukjes van zo’n 300 tot maximaal 500 woorden die dus echt puur voor de linkbuilding worden geschreven en geplaatst. En die worden dan ook vooral op Private Blog Networks geplaatst. Deze Private Blog Networks -afgekort PBN’s- zijn netwerken van blogsites die alleen maar in het leven geroepen zijn om links op te plaatsen.

Meestal zijn het:

  • Oude domeinnamen die opgekocht zijn (uit quarantaine), vanwege opgebouwde PR/DA
  • Simpele websites met relatief korte blogs, waarin 1, 2 of 3 uitgaande links staan (soms iets meer)
  • “Websites” van zogenaamde ondernemers die hun “ervaring willen delen” of van bloggers die niet echt bestaan

Er staan meestal 1, 2 of 3 links in een tekst, waarvan meestal 1 met geoptimaliseerde ankertekst. Als er 2 of 3 links in de tekst staan, linken die vrijwel altijd naar dezelfde website. Het grote probleem hiermee is dat Google patronen kan gaan zien. Doordat er op iedere pagina maar naar 1 domein wordt gelinkt is het (meer dan) aannemelijk dat deze websites puur voor linkbuilding worden ingezet. Linken naar meerdere andere websites is vrij logisch en hoewel dat natuurlijk niet per se in ieder artikel hoeft te gebeuren, is het een heel duidelijk patroon als geen enkel artikel naar verschillende websites linkt.

Nu zijn er ook wel PBN’s waar ik artikelen zie waarin wel naar verschillende websites wordt gelinkt, dus er is “vooruitgang”. Ook zijn er PBN’s met teksten die wel (redelijk) inhoudelijk zijn. Toch ben en blijf ik geen fan en dus ook geen voorstander van deze manier van linkbuilding.

Maar werkt het?

Als je reëel bent, ga je uit van wat werkt. Dus is het terecht als je je afvraagt of de PBN’s werken. Enerzijds kun je stellen dat het wel moet werken omdat het anders niet zo massaal gedaan wordt. Anderzijds kun je je ook afvragen waarom deze linkbuilders vaak niet zelf hun links krijgen vanaf deze PBN’s als ze zelf zo overtuigd zijn dat het werkt.

Nu heb ik ook gezien dat een partij die flink in dit soort linkbuilding heeft geïnvesteerd, behoorlijk goed vindbaar is op relevante zoektermen. Dan zou je zeggen dat het wel moet werken. Zoals je inmiddels wel weet is het allemaal niet zo zwart-wit in SEO en moet je hier ofwel gedegen onderzoek voor doen om te bewijzen of het werkt, ofwel gaan testen. In het genoemde geval zijn er naast deze PBN-links ook kwalitatieve backlinks en startpaginalinks aangelegd, dus hebben ze de stijgen (mede) dankzij of misschien wel ondanks die PBN-links? Zeg het maar.

2. Startpaginalinks of dochterpaginalinks: vooral Nederland en België

Een van de meest unieke onderdelen van het internet in Nederland is het bestaan van de startpagina’s. Naast het oorspronkelijke Startpagina.nl zijn er ook veel varianten, zoals Startkabel, Startze, Beginthier, Allepaginas en zo nog tientallen, zo niet honderden andere domeinen. Na Nederland volgde ook België al zijn er minder Belgische dochterpagina’s dan Nederlandse. 

Van Startpagina naar vele klonen

Startpagina begon ooit met het idee dat iedereen zijn eigen startpagina kon starten en zo een overzicht kon maken van al zijn favoriete websites om er zo makkelijk en snel naartoe te kunnen surfen. Daar kwamen al snel dochterpagina’s bij voor ieder onderwerp. En na Startkabel in 2000 volgden er nog vele andere klonen die ik ‘dochterpagina’s’ noem om het onderscheid met de oorspronkelijke Startpagina te maken. 

Links vanaf zo’n startpaginadochter of een kloon zijn op zich niet verkeerd, maar:

  • je moet er vaak voor betalen of zelf een link (naar die dochterpagina) voor plaatsen
  • iedere pagina is een subdomein, die zijn eigen PageRank/Domain Rating moet opbouwen
  • er staan op iedere pagina tientallen tot wel honderden links, waardoor die ene link die jij krijgt niet veel linkjuice krijgt
  • veel dezelfde soort links zorgen niet voor een goed backlinkprofiel, alleen dochterpaginalinks zijn niet voldoende
  • in sommige gevallen betaal je per jaar voor deze links, dus zit je vast aan een abonnement als je de links niet kwijt wilt

Je hebt dus veel van dit soort links nodig om er ook maar wat waarde van te krijgen, terwijl je voor een gevarieerd linkprofiel ook nog de nodige andere backlinks nodig hebt. 

3. Linkruil: de makkelijkste manier om links te krijgen

Je krijgt vast ook wel mails met het voorstel om links te ruilen. Meestal begint het met iets als “Links naar jouw website vindt Google heel belangrijk” en op het moment van schrijven vaak met in de mail “door links te ruilen versterken wij elkaar”. En dan heb je nog AB-linkruil, waarbij website A naar website B linkt en andersom, en ABC-linkruil. Bij ABC-linkruil kun je je vast ook wel voorstellen dat het dus een driehoeksverhouding wordt waarbij de websites niet onderling naar elkaar linken maar A naar B, B naar C en C weer naar A. 

Lees hier verder over AB-linkruil en ABC-linkruil.

4. Een meer uitgedachte techniek: linkwheels

Naast linkruil zijn er ook zogenaamde linkwheels. Als je weet dat je bij ABC-linkruil een driehoek kunt maken van de naar elkaar verwijzende websites, zie je een linkwheel of linkwiel ook vast wel voor je. Zo ongeveer:

Een linkwheel kan zo ongeveer op deze manier werken, waarbij er trouwens (juist) ook naar de centrale website wordt gelinkt, maar kan ook veel complexer worden opgezet. Zo valt er niet of nauwelijks een patroon uit te ontwaren, is de gedachte.

5. Outreach: dit is pas echt een kunst

Outreach is wat mij betreft een specialisme op zich. Outreach betekent in dit geval ‘uitreiken naar’ en dat dekt de lading wel behoorlijk. Bij outreach benader je partijen om bij hen een link te krijgen. Het is dan ook een methode voor de echte linkbuilding-professional. Outreach gebeurt vrijwel altijd via e-mail en heeft een slechte naam omdat er veel slechte outreach gedaan wordt. Slechte outreach levert weinig succes op, terwijl je met echt goede outreach een hoger slagingspercentage zult hebben. Alleen: goede outreach is echt persoonlijk en daarom tijdsintensiever en dus kostbaarder, terwijl bij slechte outreach gewoon massaal mails verstuurd worden.

En zoals je vast wel snapt levert een laag slagingspercentage bij een hoog volume nog altijd een aardig een aardig succesje op. In het hierboven al gelinkte artikel over outreach verwijs ik dan ook naar BibiBuzz, de enige Nederlandse linkbuilder die ik ken die echt goede outreach doet. Maar die richt zich wel alleen op Engelstalige websites …

6. Link insertion: een nieuwe link in een bestaande tekst

Link insertion -ook wel niche edits genoemd- is een linkbuilding-tactiek waarvoor je outreach meestal inzet. Of je doet daar zelf de outreach voor. Hierbij vraag je een ander om naar jou te linken in een bestaand artikel. Bijvoorbeeld omdat je een artikel hebt dat aansluit op wat zij op hun pagina hebben staan, of omdat je een handige tool hebt zoals de SERP Snippet Preview Tool en dat past bij hun artikel over SEO-titels en/of meta-omschrijvingen. 😊

Je moet hiervoor dus wel contact zoeken met de andere partij en daarom komt er dus outreach bij kijken.

7. Gebroken-linkbuilding: profiteer van verdwenen concurrenten of fouten van anderen

Een andere, toch wel meer geavanceerde vorm van linkbuilding is gebroken-linkbuilding (of ‘broken link building’). Hierbij zoek je naar relevante pagina’s op andere websites waar gebroken links of ‘dode links’ op staan om de website-eigenaren op de hoogte te brengen van die dode links en ze een alternatief te bieden. En dat alternatief is natuurlijk een minstens gelijkwaardige webpagina op jouw website.

Met een SEO-tool als Ahrefs, Moz of Semrush kun je dit op 2 manieren aanvliegen:

  1. Check websites waar je een link van wilt op gebroken uitgaande links
  2. Check of je concurrenten gebroken links “ontvangen”

Je kan dit trouwens ook gewoon doen voor je eigen website. Het kan maar zo gebeuren dat je backlinks krijgt naar pagina’s die niet (meer) bestaan, waardoor je dus ook die linkjuice misloopt. Links naar niet (meer) bestaande pagina’s tellen voor een zoekmachine namelijk niet mee. Dus hoewel ze wel in de SEO-tools zullen verschijnen, heb je er SEO-technisch geen voordeel van.

Ook een beetje linkbuilder zal hier werk van maken. Vooral door gebroken links naar jouw website te herstellen, wat is er nu makkelijker dan een website-eigenaar erop te wijzen dat die link niet (meer) werkt en die te voorzien van de juiste link? En hoe groot is de kans dat ze daar niet op ingaan denk je?

8. Gastblogs en publicaties

Gastbloggen is een prima manier om links te krijgen. Google heeft al vaker aangegeven hier wel kritisch(er) naar te kijken, waarna velen gastbloggen meedere malen doodverklaarden. Zover is het echt nog niet. Zolang je het doet om waarde toe te voegen en niet voor de link, is er wat ons betreft niks mis met gastbloggen. 

Kan Google zien dat je gastblogs schrijft voor de backlinks?

Ziet Google of je alleen maar blogt voor de link? Dat valt niet met zekerheid te zeggen. De algoritmes van Google zijn tegenwoordig slim en zelfs zelflerend. Toch zou de zoekmachine wel een patroon kunnen zien, bijvoorbeeld wanneer je op diverse platforms maar een enkel gastblog hebt staan. Of wanneer je een auteursprofiel met backlink hebt op een platforrm, maar daar geen blogs hebt gepubliceerd.

Grote kans dat Google jou dan scherp in de gaten houdt. Als je opvallend veel gastblogs op vele andere websites hebt staan, en daar niet vaker blogt, lijkt het er sterk op dat je dan blogt voor de link. Dat kan een signaal zijn voor Google, wat tot devaluatie van de links zou kunnen leiden. Zal het zo’n vaart lopen? Ik denk het niet.

9. Linkpartner-pagina’s: te overduidelijk

Linkruil, maar ook andere acties van linkbuilders, leveren ook wel backlinks op totaal irrelevante pagina’s als ‘Linkpartners’ op. Wees eerlijk: daar kijkt niemand. Of wil je zeggen dat jij dat soort pagina’s vol interesse bekijkt, speurend naar die ene interessante link? Omdat de link op een pagina staat die ergens verstopt staat op de website, is deze al weinig waard. En dan krijg je ook nog te maken met de linkjuice die wordt verdeeld over alle links op die pagina en dan weet je al dat het niks oplevert. 

10. Kwalitatieve artikelplaatsingen: echte impact

Wij zien hier echte impact bij links in artikelen op goede informatieve websites. Dat kunnen nieuwswebsites zijn, of websites met informatie over een specifiek onderwerp. Die artikelplaatsingen krijg je ook niet zomaar voor elkaar, wat het ook een kostbaar proces maakt, maar het levert wel duurzame backlinks op. De kans dat deze websites verdwijnen of een artikel verwijderen is klein, dus je hebt een echt permanente link te pakken van een website die vaak behoorlijke autoriteit heeft.

Zo hebben we voor een coach die sinds 2019 een pagina over executive coaching op de website had gepubliceerd een flinke stijging voor elkaar gekregen met een artikel. Dat ene artikel op een vijftal nieuwsplatformen zorgde voor een stijging van een positie buiten de top 100 naar een top 20-positie voor de zoekterm ‘executive coaching’.  Kun je nagaan wat je bereikt als je daar nog op voortborduurt. Let wel: dat doen we niet omdat dit niet de belangrijkste zoekterm is, maar een top 10-positie is heel realistisch.

11. Digitale PR en persberichten

Digitale PR heeft vooral te maken met in het nieuws komen. Persberichten zijn daar onderdeel van, maar niet het enige onderdeel. Als je een onderzoek publiceert is dat ook een heel mooie kans om daar publiciteit omheen te vergaren, dat weer backlinks kan opleveren.

Lees hier verder over digitale PR voor SEO.

12. Blogs en bloggers

Je kan ook links krijgen vanaf blogs of door samenwerking met bloggers. Wat blogs betreft kan je bijvoorbeeld backlinks krijgen van ondernemingen in je vakgebied, die blogs publiceren waarin ze kunnen linken naar een artikel dat jij hebt gepubliceerd. Zo heb ik veel van mijn eerste backlinks gekregen en krijg ik nog steeds regelmatig backlinks. Je kan hier natuurlijk ook actief mee aan de slag en vakgenoten vragen om naar je te linken of ze attenderen op jouw artikelen.

Als je met bloggers samenwerkt, kan je bijvoorbeeld links krijgen door ze over een dienst of product te laten schrijven. Als je daarvoor iets aan ze geeft, bijvoorbeeld een product om dat te reviewen, hoort daar volgens de regels van Google een nofollow- of sponsored-tag aan. Maar weet Google of het product gekocht is of dat je het gegeven hebt? Verder zijn er natuurlijk nog allerlei andere samenwerkingen met bloggers te bedenken die je backlinks kunnen opleveren.

Is er meer? Zeker

Hoewel er alle tijd, kennis en moeite is gestoken in deze uitleg over linkbuilding, valt er nog veel meer over te vertellen. Alles wat hier aan bod is gekomen is ook zo kort mogelijk toegelicht, er zijn nog veel meer details over te melden. Je bent ook al de nodige verwijzingen naar andere artikelen tegengekomen, daar vind je meer details over deze specifieke (sub)onderwerpen.

Heb je inspiratie opgedaan, vragen, opmerkingen of aanvullingen? Wil je eigen ervaringen delen over linkbuilding? Wees welkom om hieronder een reactie te plaatsen.

*In dit artikel gebruik ik affiliate-links. Het kost jou niks meer en ik krijg een kleine vergoeding als jij via mijn link iets aanschaft. Zo krijg ik nog een beetje financieel beloond voor de tijd die ik in mijn artikelen steek.

Website | + berichten

Of je SEO nu interessant vindt of er helemaal geen interesse in hebt, als je een website hebt, heb je er nu eenmaal mee te maken. Juist omdat ik het leuk vind, schijf ik er graag en vaak over en uit reacties blijkt dat het zelfs mensen met een aversie tegen zoekmachine-optimalisatie helpt.

Begonnen in 2012 met het idee webteksten te schrijven, ben ik me steeds verder gaan verdiepen in SEO en het daarmee verbonden CRO (conversie-optimalisatie). In al mijn artikelen help ik je jouw website te verbeteren om er zo meer omzet uit te halen. Wedden dat je het nog leuk gaat vinden ook?

3 antwoorden
  1. Lieke
    Lieke zegt:

    Hoi Nathan,
    Vanmorgen dit mega artikel in de nieuwsbrief gevonden. Erg waardevol en uitgebreid!
    Ik heb een vraag over de autoriteitscores die je noemt. Je geeft aan: “Bij Moz en Semrush is dat Domain Authority, afgekort tot DA, en bij Ahrefs is dat Domain Rating (DR).”
    Echter is mijn ‘Authority Score’ bij Semrush 38 en mijn DA bij Moz (en Mangools) 19. Weet jij daar meer over? Wat is het verschil? (Het is nu toevallig x2, maar dat was tot voor kort niet zo)
    Groet, Lieke

    Beantwoorden
    • Nathan Veenstra
      Nathan Veenstra zegt:

      Hoi Lieke,
      Super dat je het waardevol vindt, dat is (natuurlijk) ook de bedoeling.
      De tools die je noemt berekenen elk op hun eigen manier deze autoriteitsscores. Jouw DR in Ahrefs zal waarschijnlijk ook totaal anders zijn. Het lijkt me vooral een goede aanvulling voor mijn artikel over domeinautoriteit.

      In het kort: Mangools neemt de DA van Moz over, dus logisch dat die hetzelfde zijn. De verschillen in autoriteitsscores tussen de verschillende tools komt doordat ze allemaal hun eigen manier hebben om het te berekenen. Wat mij opvalt is dat je bij Moz bijvoorbeeld al snel een DA van 15 of hoger hebt en het daarna steeds lastiger wordt om een hogere score te krijgen en je bij Ahrefs juist vrij makkelijk hogere scores haalt als je boven een DR van 30 zit.

      De beste manier om die scores te gebruiken is in context, dus door domeinen (in dezelfde niche) met elkaar te vergelijken. Het heeft weinig zin om jezelf te vergelijken met een ANWB of Centraal Beheer, omdat je daarmee niet concurreert. Domeinautoriteit als op zich staande score te gebruiken is naar mijn mening onzinnig.

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.